Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [1]na dezen zag ik [2]vier engelen staan op de vier hoeken der aarde, houdende de vier winden der aarde, opdat geen wind zou waaien [3]op de aarde, noch op de zee, noch tegen enigen boom. 1. Namelijk toen dit voorgaande gezicht voorbij was, zag ik als een deel van hetgeen na de opening van het zesde zegel nog moet geschieden. Want hetgeen in dit hoofdstuk volgt, behoort ook tot de opening van het zesde zegel, gelijk uit het begin van hfdst.8 blijkt, waar het zevende zegel eerst wordt geopend. Waaruit ook besloten wordt, dat de stof van dit hoofdstuk met die van het voorgaande samenhangt, en elkander verklaart. 2. Sommigen nemen dit voor goede engelen, die ook soms tot uitvoering van Gods oordelen in de wereld worden gebruikt, en verstaan door deze vier engelen, die macht hadden om de aarde en zee met onstuimige winden en stormen te beschadigen of die op te houden, zodanige middelen, die God door een rechtvaardig oordeel in alle kwartieren der wereld heeft gebruikt, om de Arabieren, Agarenen, Moren, Saracenen, en andere wrede volken in het Oosten en Zuiden, en de Gothen, Wandalen, Longobarden, Hunnen en andere hunsgelijken in het Westen en Noorden, op te wekken, om het gehele Roomse Rijk te overlopen en te verstoren, gelijk zulke zwarigheden onder de gelijkenis van winden en stormen dikwijls worden verstaan. Zie Jer.49:36, en Jer.51:1; Dan.7:2, welke verstoring van het Romeinse Rijk voor den opstand van den antichrist is geschied, gelijk Paulus getuigt te zullen geschieden; 2 Thess.2:7. Waarop gevolgd is, dat God om de christengemeente in het midden van deze verwoestingen in wezen te houden, deze uittekening der verzegelden uit alle natien door den anderen engel heeft laten doen, gelijk dergelijke uittekening ten tijde van de verwoesting van het Israelitische land door de Babyloniers en Assyriers op Gods last, door den engel is gedaan, Ezech.9:4, waar deze profetie hier merkbaar op ziet. Anderen verstaan door deze vier engelen, zo vele kwade geesten, die als werktuigen van den satan in het oprichten van het antichristendom, daartoe vooral in alle gewesten hebben gearbeid, opdat de werking van Gods Geest, die bij wind ook wordt vergeleken, Joh.3:8; Hand.2:2, mocht worden gestuit en verhinderd, en de trouwe en rechtzinnige leraars alom gedempt en tot stilzwijgen gebracht, tot verdorring en verderving der rechtzinnige religie, dewijl een kracht der dwaling door tekenen der leugens onder hen is gezonden, gelijk Paulus 2 Thess.2:9, enz., getuigt. Waarop God nochtans deze uittekening van deze Zijne uitverkorenen uit alle geslachten heeft willen doen, om Zijn gemeente zelfs in het midden van deze allen nog altijd te behouden, gelijk Hij gedaan heeft in Israel, als Hij die zeven duizend heeft behouden, die hun knieen voor Baal niet hadden gebogen; waarvan zie 1 Kon.19:18; Rom.11:4,5. 3. Deze drie soorten worden genoemd, omdat de winden deze drie zaken gewoonlijk schadelijk of bevorderlijk zijn; De aarde, dat is de mensen op de aarde; de zee, dat is de mensen op eilanden en op schepen, en de bomen, die met hun takken zich in de lucht uitspreiden; daardoor worden zodanige mensen verstaan, die wat uitsteken boven anderen, gelijk blijkt hfdst.9 vs.4, waar den sprinkhanen wordt gelast, dat zij geen boom zullen beschadigen, maar alleen mensen, die het teken Gods niet op hun voorhoofden hebben.